Beschrijving
Publicatie
Personeelsmonitor Decentrale Overheden 2023
Het personeelsbestand bij de drie decentrale overheidssectoren nam het afgelopen jaar opnieuw fors toe. Ook steeg ook het aandeel jongeren bij provincies, waterschappen en gemeenten licht. De gemiddelde leeftijd daalde licht. Het personeelsbestand blijft echter nog steeds meer vergrijsd dan de landelijke werkzame beroepsbevolking. Dit en meer blijkt uit de Personeelsmonitor Decentrale Overheidssectoren 2023.
Waar de A&O fondsen Provincies, Waterschappen en Provincies in eerdere edities de cijfers over twee jaar vergeleken, vergelijken we nu de cijfers per jaar. Deze gezamenlijke monitor geeft daarmee inzicht in het personeelsbestand van deze drie decentrale overheidssectoren.
In de monitor vergelijken we de belangrijkste HR-kengetallen van deze drie sectoren. Dit doen we op meerdere personeelskenmerken, waaronder werkgelegenheid, aanstellingsvorm, in- en uitstroom en ziekteverzuim. Ook splitsen we de personeelsopbouw uit naar geslacht, leeftijd en dienstjaren. Door deze HR-kengetallen op een rij te plaatsen en met elkaar te vergelijken zie je in één oogopslag waar deze drie sectoren verschillen én overeenkomen.
Wat valt op?
- Het totaal aantal werknemers bij de drie decentrale overheidssectoren was ruim 10.000 (5,2%) hoger dan in 2022. In 2023 waren er in totaal 217.502 medewerkers.
- Het aantal medewerkers met een voltijds contract ligt hoger bij de drie decentrale overheidssectoren dan op de landelijke arbeidsmarkt.
- Hoewel het aandeel jongeren bij deze drie sectoren steeg, blijft het een vergrijsde sector. De meeste medewerkers vielen in de leeftijdsklasse 45 tot en met 54 jaar.
- Het in- en uitstroompercentage bij provincies en gemeenten is toegenomen. Bij waterschappen nam het in- en uitstroompercentage daarentegen af.
- Bij waterschappen en gemeenten daalde het ziekteverzuimpercentage licht. Bij provincies nam het ziekteverzuimpercentage daarentegen licht toe.
Deze editie van de Personeelsmonitor Decentrale Overheidssectoren laat opnieuw zien dat er op diverse thema’s verschillen én overeenkomsten bestaan in trends tussen de drie sectoren. Met deze gezamenlijke monitor brengen we deze in kaart en doen we van elkaar inspiratie op. Daarom zullen de A&O fondsen ook komend jaar weer actief kennis met elkaar uitwisselen.